De dag voordat ik mijn 68ste verjaardag vierde kreeg ik de bundel Old Age in Ancient Judaism, Early Christianity, and Their Context thuis gestuurd. Een passend cadeau op deze leeftijd. Ik heb er zelf een bijdrage aan geleverd in een artikel over ouderdom en doodsangst. Het is een bewerking van mijn bijdrage aan een symposium, dat al weer ruim vier jaar geleden (juni 2022) plaats vond aan de PThU in Amsterdam. Daar had ik toen een verhaal gehouden gebaseerd op mijn bijdrage van zes jaar daarvoor aan de feestbundel voor Karel Deurloo (“Aged Jacob“). Dat kon ik niet in die vorm recyclen. Dat zou een ongewenste vorm van zelf-plagiaat zijn. In dat artikel over de goede oude dag van Jacob begon ik met een verwijzing naar het liedje van Annie M.G. Schmidt uit de tv-serie “Ja zuster nee zuster”. Voor een artikel opgedragen aan een Nederlandse collega van mijn generatie was dat een aardige binnenkomer. Voor een bijdrage aan een prestigieuze internationale bundel was het minder geschikt. Dat hielp om de verleiding van dat genoemde zelf-plagiaat te weerstaan. Die verleiding wordt gevoed door de druk op wetenschappers in dienst van de universiteit om veel te publiceren. Eén van de mooie dingen van het emeritaat is dat ik daar nu van af ben. Ik kijk er nu wat meer ontspannen tegen aan. In plaats van het gevaar om jezelf voortdurend te herhalen zie ik nu vooral het voordeel dat je steeds een stapje verder kunt komen wanneer je met hetzelfde onderwerp bezig blijft. Het begon voor mij met het onderwerp van mijn dissertatie: de hoop op een zalig leven na de dood. Sindsdien ben ik met enige regelmaat blijven schrijven over dit onderwerp, al dan niet gestimuleerd door specifieke uitnodigingen. Zo vroeg men mij bijvoorbeeld om voor een sociologisch tijdschrift een artikel te schrijven over de bijbelse visie op de dood. Voor de binnenkort te verschijnen feestbundel voor Riemer Roukema heb ik het onderwerp van mijn dissertatie weer opgepakt. Dat artikel over de wortels van het bijbelse geloof in de opstanding is inmiddels ook al weer vier jaar oud. Intussen ben ik vooral bezig met vragen rondom bijna-dood ervaringen. Daarover ging het bij mijn afscheidscollege (ook al weer een jaar geleden) en verschijnt dit najaar een bijdrage aan het tijdschrift Speling, samen met een artikel van Mijna Hadders, die er goede dingen over had gezegd bij het symposium t.g.v. mijn afscheid. Één van de dingen die opvallen bij mensen die een bijna-dood ervaring hebben gehad is dat ze aangeven helemaal niet meer bang voor de dood te zijn. Achteraf gezien had ik daar in het artikel voor Old Age nog wel meer aandacht aan moeten besteden. Dat moet dan maar bij een andere gelegenheid. Zo blijf ik lekker bezig.
Tag: ouderdom
Podcasts over profetie en ouderen
Het is een verbazingwekkend nieuw fenomeen: de podcast. Van alle kanten wordt mij aangeraden om er zowel als gebruiker en als maker mee aan de slag te gaan. Eerst waren er Facebook en Twitter waarmee ik mij en daarmee de universiteit nodig moest gaan profileren. Ik wacht nog op de aanmaning om plaatjes te gaan delen op Instagram en filmpjes op Tiktok. Maar tussendoor kwam dus de podcast. Dat verbaast mij, omdat het in feite om een oude manier van communiceren gaat. Ik herinner mij nog cursussen op cassettebandjes. Het enige verschil is dat die nu via internet beschikbaar zijn. En hoe zit dat nu met de aanwijzing die ik krijg als ik werk aan een website: houd het kort, want bezoekers nemen niet de tijd om lange teksten te lezen? Heeft die ongeduldig surfende lezer dan wel de rust om die soms tamelijk lange podcasts af te luisteren? Of is het een andere doelgroep?
Hoe dan ook, kort na elkaar kreeg ik uitnodigingen om mee te werken aan twee podcasts. De eerste ging over profetie, naar aanleiding van het nummer van Schrift over Amos en Micha. Een prettig gesprek met Elsbeth Gruteke. De tweede over ouderdom in de serie “Heilige Grond”. Een prettig gesprek met Frits de Lange. Ik wens de lezer die daar de tijd voor heeft veel luisterplezier.